Onenigheid over ongebruikelijke orkaan zonder naam Kees Floor ,
verschenen in Zenit, mei 2004. | |
Geheel onverwacht toonden satellietbeelden
van 26, 27 en 28 maart 2004 een wolkenpatroon voor de kust van Brazilië dat
sterk doet denken aan een tropische cycloon. Met name het voor orkanen *)
zo karakteristieke 'oog' is overduidelijk zichtbaar. Normaal gesproken komen er
in het oceaangebied bij Brazilië geen tropische cyclonen voor. Sinds het
begin van de routinematige satellietwaarnemingen midden jaren zestig van de vorige
eeuw, werd boven de zuidelijke Atlantische oceaan nooit eerder een tropische cycloon
gezien; wel waren er uit een verder verleden incidentele meldingen van stormen
met hurricane-achtige kenmerken. Brazilië heeft dan ook geen enkele instantie
die orkaanwaarschuwingen uitgeeft. Ook heerst er geen traditie van verkenningsvluchten
die worden ingezet om de hevigheid van orkanen te peilen. Bovendien zijn er in
het gebied waar het weersysteem aan land ging, geen windwaarnemingen beschikbaar.
Verder ontbreekt een systeem van naamgeving, zodat, als er al sprake is van een
tropische cycloon, deze naamloos de geschiedenis in moet gaan.
Toch ging in
de ochtend van 28 maart een mogelijke orkaan ongeveer 800 km ten zuiden van Rio
de Janeiro aan land. Boten sloegen om door 4 meter hoge golven, huizen werden
beschadig of verwoest en er waren verscheidene slachtoffers te betreuren.
Zware storm volgens de Brazilianen, maar orkaan volgens de Amerikanen. Plaats: Braziliaanse kust, 800 km ten zuiden van Rio de Janeiro. Datum: 27 maart 2004. Satelliet: Terra; middagbaan. Instrument: MODIS. Bron: NOAA. |
|
Geen consensus
Over de vraag of het hier inderdaad
om een orkaan gaat, lopen de meningen uiteen. De Braziliaanse weerdienst houdt
het op een zware storm, windkracht 10, mede omdat het voorkomen van een tropische
cycloon in dat gebied een uitzonderlijke gebeurtenis zou zijn. De omstandigheden
zijn er namelijk ongeschikt voor het optreden van tropische cyclonen; het zeewater
is er niet warm genoeg en de snelle toename van de wind met de hoogte is ongunstig
voor de vorming van orkanen. Toch zijn er van de noordelijke Atlantische Oceaan
verscheidene gevallen bekend waarbij 'gewone' depressies, na eenmaal boven voldoende
warm zeewater terecht te zijn gekomen, een ontwikkeling tot hurricane doormaakten.
Het National Hurricane Centre in Miami schatte dan ook in dat het in dit geval
een Categorie 1 orkaan betrof, weliswaar een zwakke orkaan die met de hakken over
de sloot aan het criterium van minstens windkracht 12 voldoet, maar desondanks
een volwaardige tropische cycloon. Meteorologen van de Engelse weerdienst onderschrijven
de Amerikaanse lezing. Als dat inderdaad juist is, moeten de meteorologen hun
opvattingen over orkanen en de plaatsen van voorkomen daarvan dus gaan bijstellen.
Argumenten voor orkaankracht waren onder andere windmetingen vanuit de satelliet
QuickScat. De satelliet registreerde ver buiten de kern windkracht 10; in de buurt
van de kern, waar de hoogste windsnelheden optreden, was de windkracht op dat
moment naar alle waarschijnlijkheid 12 beaufort. Bovendien kwamen waarnemingen
van de AMSU (Advanced Microwave Sensor Unit), een instrument dat op verscheidene
satellieten wordt meegevoerd, uit op een kerndruk van 979 hPa. Volgens de schaal
van Saffir en Simpson (zie lit.1) komt dat overeen met een matige orkaan,
categorie 2. De saffir-simpsonschaal geeft een classificatie van orkanen in termen
van zwak, matig, (zeer) krachtig of verwoestend en koppelt deze termen aan de
bijbehorende windsnelheid en de luchtdruk aan de grond.
Satellietbeelden
Het eerste satellietbeeld van de al dan niet vermeende tropische cycloon is afkomstig
van de MODIS (moderate resolution imaging spectroradiometer) op de Amerikaanse
satelliet Terra en toont het aardoppervlak en de bewolking in ware kleuren. Het
tweede beeld is van hetzelfde weersysteem en van dezelfde datum en is in dit geval
samengesteld uit gegevens van de Amerikaans-Japanse TRMM-satelliet. TRMM staat
voor Tropical Rainfall Measuring Mission. De satelliet bevat diverse instrumenten,
zoals de VIRS, de PR en de TMI. De VIRS (Visible Infrared Scanner) levert 'klassieke'
satellietbeelden in het zichtbaar licht en in het infrarood; de PR (Precipitation
Radar) is een neerslagradar (precipitation radar, PR) en de TMI (TRMM Microwave
Imager) levert microgolfbeelden. In het satellietbeeld zijn meetgegevens van de
genoemde instrumenten gecombineerd weergegeven. Als achtergrond fungeert een infraroodbeeld
in false color met spiraliserende bewolking en een markant oog. Daaroverheen zijn
neerslaggegevens geplot. Het bereik van de radar is op de afbeelding zichtbaar
als een strook met een lichtere tint. De neerslaggegevens in die strook zijn afkomstig
van de neerslagradar PR; daarbuiten komen ze van de TMI. Duidelijk is te zien
dat zich rond het oog een muur van actieve, neerslaggenererende bewolking bevindt,
al vallen de neerslagintensiteiten mee. Hurricane-achtige kenmerken zijn dus zeker
aanwezig en mogelijk gaat het om het eerste geval van een gedocumenteerde tropische
cycloon in de regio.
Bron: websites van MODIS, Earth Observatory en TRMM
Literatuur:
Floor, K., 2003: Hurricanes in aantocht,
Zenit, juli/augustus 2003.
*) De begrippen tropische
cycloon, orkaan en hurricane worden hier door elkaar heen gebruikt als synoniemen,
dus met steeds dezelfde betekenis.