Linksom of rechtsom
Kees
Floor; Zenit juli/augustus 2005
Uit de bewolkingspatronen die voorkomen op satellietbeelden, is dikwijls af te leiden hoe de lucht over het aardoppervlak beweegt. Hij volgt wel eens rechte banen, maar meestal draait de stroming rond centra van hoge of lage luchtdruk, die als rotondes het 'luchtverkeer' regelen. Daarbij lijkt het wel of de rotondes zoals we die in Nederland en België kennen, de voorkeur genieten. Een draairichting tegen de wijzers van de klok in laat zich namelijk vrij gemakkelijk herkennen. De talrijke linksomdraaiende depressiekrullen leveren daarvoor veelvuldig de dagelijks zichtbare aanwijzingen (figuur 1). Dit betekent niet dat de Britse rotonde geen bestaansrecht heeft en de lucht zich nooit met de wijzers van de klok mee zou verplaatsten. 'Luchtbewegingen tegen de wijzers van de klok in treden op rond lagedrukgebieden op het noordelijk halfrond', luidt immers de regel die in menig meteorologieboek te vinden is. En daarmee is dan direct duidelijk welke twee mogelijkheden er zijn om een rechtsomdraaiende luchtbeweging te krijgen: de depressie moet op het zuidelijk halfrond liggen of de lucht moet op het noordelijk halfrond om een hogedrukgebied stromen.
| ||
1. Depressie met krulvorm tussen Groenland
(linksboven) en IJsland (midden-rechts). Het patroon van de bewolking laat
zien dat de lucht tegen de wijzers van de klok in naar de kern van het lagedrukgebied
stroomt. Beeld in ware kleuren van de satelliet Aqua. Middagopname van 4
september 2003. Instrument: MODIS. Bron: NASA/GSFC MODIS Land Rapid Response
Team. 2. Lagedrukgebied met krulvorm ten zuiden van Australië. Nu is uit het patroon van de bewolking af te leiden dat de lucht met de wijzers van de klok mee naar de kern van de depressie wordt gezogen. Midden-rechts in beeld ligt Zuidereiland, Nieuw-Zeeland. Datum: 20 februari 2002. Instrument: SeaWiFS. Satelliet: Seastar. Bron: NASA/GSFC SeaWiFS Project. 3. Een hogedrukgebied boven de Golf van Biskaje brengt daar overwegend zonnig, nagenoeg onbewolkt weer. De lucht stroomt rond de hogedrukkern met de wijzers van de klok mee. Een aanwijzing daarvoor levert het patroon van wolkenstraten boven Frankrijk, Engeland en Wales. De wolkenstraten vormen zich boven door de zon opgewarmd land en ontbreken daardoor boven de monding van de Gironde bij Bordeaux in Frankrijk en boven het Bristol Channel tussen Engeland en Wales. Datum : 6 maart 2003. Instrument: MODIS. Satelliet: Terra. Bron: NASA/GSFC MODIS Rapid Response System. |
Depressies
Van de genoemde mogelijkheden is een voorbeeld van een depressie op het zuidelijk
halfrond het makkelijkst te vinden. Zo toont figuur 2 een lagedrukgebied ten zuiden
van Australië. De draairichting van de naar de lagedrukkern spiraliserende
bewolking is onmiskenbaar tegengesteld aan die van de depressie op het noordelijk
halfrond tussen Groenland en IJsland. Dat luchtstromingen rond depressies zo vaak
en zo duidelijk te zien zijn, hangt samen met de stijgende luchtbewegingen die
er die onlosmakelijk mee zijn verbonden. De opstijgende lucht zet uit, koelt daardoor
af en raakt vervolgens oververzadigd, waarbij zich waterdruppeltjes vormen en
er bewolking ontstaat. De luchtcirculaties rond de depressies voeren de bewolking
mee, vervormen het bewolkingspatroon en maken zo de horizontale luchtbewegingen
zichtbaar.
Hogedrukgebieden
Het is aanzienlijk lastiger de hand
te leggen op voorbeelden van satellietbeelden die de aanwezigheid van een anticylonale
luchtstroming verraden. In zo'n geval circuleert de lucht op het noordelijk halfrond
met de wijzers van de klok mee om een hogedrukgebied. Normaal gesproken schijnt
in hogedrukgebieden echter de zon. In deze tegenhangers van depressies treden
namelijk dalende luchtbewegingen op. Tijdens de neerwaartse beweging wordt de
lucht samengedrukt en warmt hij op. Eventueel aanwezige bewolking, die vereist
is om aanwijzingen te kunnen geven over de stromingsrichting rond het hogedrukgebied,
zal daarbij meestal oplossen. Als er zich in hogedruksituaties toch bewolking
voordoet, dan gaat het om een egaal wolkendek van laaghangende bewolking. Er zijn
in dat type bewolking meestal geen tekenen die de bewegingsrichting van de lucht
verraden. Alleen uit de verplaatsing van de randen van het bewolkte gebied is
soms nog af te leiden hoe de lucht beweegt.
Het satellietbeeld van figuur
3 bevat toch aanwijzingen over de luchtstroming rond een hogedrukgebied. Ze worden
gegeven door de wolkenstraten die zichtbaar zijn boven Wales, Engeland en Frankrijk.
Wolkenstraten bestaan uit kortere of langere 'koorden' van stapelwolken. In de
getoonde situatie vormen ze zich in de onderste honderden meters van de atmosfeer,
de zogeheten grenslaag, boven het door de voorjaarszon opgewarmde landoppervlak.
Het zeewater is in die tijd van het jaar te koud om dit type bewolking boven zee
mogelijk te maken.
De wolkenstraten liggen min of meer evenwijdig aan de
windrichting. Als de koordwolken zich niet ver van de kustlijn boven land net
hebben gevormd, zijn ze nog dun. Naarmate de lucht verder over het land is uitgestroomd,
neemt de grenslaaghoogte toe en worden de koordwolken dikker. Daardoor is de richting
van de luchtstroming uit het patroon van koordwolken af te leiden.
In figuur
3 ligt het hogedrukgebied boven de vrijwel wolkenloze Golf van Biskaje. De wolkenstraten
laten zien dat de lucht met de wijzers van de klok mee rond de hogedrukkern beweegt;
de analogie van de Britse rotonde blijkt van toepassing. De bewolking treedt op
in een uitloper van het genoemde hogedrukgebied. Deze zogeheten rug van hoge luchtdruk
ligt ingeklemd tussen twee koufronten. Het eerste ligt boven Duitsland en Zwitserland,
is onze omgeving reeds gepasseerd en trekt naar het oosten weg. De bijbehorende
bewolking is geheel rechts nog in beeld. Het andere front, waarvan de dichterbijkomende
bewolking links zichtbaar is, ligt boven de oceaan en is onderweg naar het Europese
vasteland.